Door de decentralisatie van zorgtaken naar gemeenten worden tarieven voor zorgdiensten ook door gemeenten vastgesteld. De verschillen kunnen zeer groot zijn en dat raakt vooral ouderen met een modaal of bovenmodaal inkomen.

Dat meldt De Volkskrant dinsdag.

De decentralisatie van de AWBZ-zorg voor ouderen, waaronder thuiszorgtaken, heeft gemeenten ook de vrijheid gegeven om zelf tarieven vast te stellen.

Voor minima zijn er nog maximale tarieven van 27,80 euro per uur. Maar voor modale en hogere inkomens stellen gemeenten andere tarieven vast en wordt soms de volledige kostprijs gerekend van bijvoorbeeld 70 euro per uur.

Voor gehandicapten met een werkende partner kan dat leiden tot kostenstijgingen van honderden euro’s per maand, aldus de Volkskrant.

Kostprijs zorgdiensten

In een reactie stelt staatssecretaris Martin van Rijn van Volksgezondheid dat het oude systeem werkte met een fictief laag uurtarief en dat nu wordt betaald wat de zorg echt kost. De hogere inkomens dragen daar naar rato meer aan bij.

Volgens critici die de Volkskrant citeert, zijn de verschillen tussen gemeenten echter extreem en onrechtvaardig. "Veel mensen kunnen niet opeens honderden euro's per maand meer betalen", zegt regiohoofd Jeroen Kelders van zorgbegeleidingsinstelling Heliomare.

Kelders constateert een forse terugloop van het aantal nieuwe cliënten in de regio Amsterdam/Alkmaar en heeft al een tiental oude cliënten verloren.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl